BRULAAP GELUIDEN

 

Ik hoorde mijn buurjongen van veertien jaar buiten in de tuin ineens schreeuwen met hoge en lage tonen en allerlei klanken daar tussenin. Toen ik poolshoogte ging nemen was hij net een moment stil. Ik vroeg hem wat hij aan het doen was. Hij zei dat ze binnen met een man of vijf een spel aan het spelen waren en dat hij een opdracht moest uitvoeren. Het bleek een spel te zijn dat hij van zijn opa had geleerd. Iemand die af was moest een opdracht uitvoeren die door de groep werd bedacht. Ik wilde nog verder vragen over het spel, maar hoorde ineens op de ruit van de buren tikken en toen begon de knul weer met die geluiden. Achter de ruit zag ik vier gezichten van lachende leeftijdgenoten.

 

Nadat ik het gekrijs weer even had aangehoord stopte de kerel. Ik ontfutselde hem meer over het spel en begreep dat het een oude versie was, van een spel dat tegenwoordig heel anders wordt gespeeld en waarbij het slachtoffer een glas bier achterover moet slaan. Maar van zijn ouders mochten ze die nieuwe versie helaas niet spelen. Van de opdracht zelf begreep ik nog steeds niets.

 

Na de derde serie kakofonische geluiden slaakte de knul een diepe zucht en zei: ‘Drie keer het eerste couplet was voldoende.’ Stomverbaasd vroeg ik: ‘couplet? Hoezo couplet.’ ‘Nou,’ zei hij: ‘ik moest drie keer, hoorbaar voor de buurt, het eerste couplet zingen van het Wilhelmus, maar ik kan helemaal niet zingen.’ Mijn emotie sloeg over van verbazing naar bewondering. Want zoveel zelfkennis had ik niet verwacht na die brulaapgeluiden. Ik kan helemaal niet zingen.

 

Voor meer verhalen klik hier